De Alchemie van J.K. Rowling

Bill verpersoonlijkt het kruinchakra. Dat is een ‘bloem’ met 960 bloemblaadjes, die hoofdzakelijk violet van kleur zijn. Daarnaast is er een soort extra centrale draaikolk van glanzend wit met gouden stroompjes, in het centrum. Bij de bevrijde mens keert deze naar binnen gerichte draaikolk zich om en steekt dan boven het hoofd uit, als een kroon. U ziet deze kroon vaak op beelden van Boeddha. Het ziet eruit als een haarknot op de kruin. Misschien kunnen we de paardenstaart van Bill zien als een aanwijzing over zijn identiteit. Er is echter een mooiere en krachtiger manier om deze kroon, of innerlijke bloem, in Harry Potter te symboliseren: Fleur Delacour, de bloem van de hof. Wanneer Bill en Fleur huwen, symboliseert dit de omkering van de draairichting van het kruinchakra en het opstijgen van een bloem met twaalf blaadjes binnen de grotere bloem. Dit wordt door alchemisten ‘de gouden wonderbloem’ genoemd.

Dat gebeurt op het moment dat de alchemist ‘verlichting’ bereikt, zoals de boeddhisten dat noemen. Dat betekent dat het denkvermogen van de alchemist zich heeft geopend voor goddelijke inspiratie en dat hij het goddelijke plan kent. Hij doet de wil van God. In dat stadium is het kruinchakra niet meer een centrum voor het absorberen van geestelijke energie, maar voor het uitstralen daarvan aan andere mensen, teneinde hen te helpen bij hun geestelijke vooruitgang.

De endocriene klier die met dit chakra is verbonden heet de pinealis of pijnappelklier. Die wordt besproken in een afzonderlijk hoofdstuk.