De Alchemie van J.K. Rowling
in het licht van de Alchemische Bruiloft van Christiaan Rozenkruis
van Hans Andréa
Hoofdstuk 39 - Korzel en Kwast
Links en rechts van het ruggenmerg lopen de twee strengen van het sympathische zenuwstelsel. Zij zijn als lijfwachten van het ruggenmerg: ze denken niet, ze doen wat hen gezegd wordt. Als Draco Malfidus het ruggenmerg vertegenwoordigt, met het slangenvuur dat daar doorheen brandt, dan zijn klaarblijkelijk Vincent Korzel en Karel Kwast de verpersoonlijking van de twee sympathische zenuwstrengen, aan beide zijden van het ruggenmerg. In de oosterse esoterische traditie worden zij Ida en Pingala genoemd. In het Nieuwe Testament worden zij in verband gebracht met Ananias en Sapphira.
De nieuwe zielekracht, gepersonifieerd door Harry, daalt af door de rechter streng van de sympathicus, naar de plexus sacralis, de verblijfplaats van de kundalini. In hoofdstuk veertien wordt beschreven hoe de kundalini wordt verslagen. De zielekracht stijgt daarna geleidelijk omhoog, door de linker streng van de sympathicus, naar de pijnappelklier, die overeenkomt met het kruinchakra. Wanneer de zielekracht daar aankomt, heeft de alchemist zijn eerste inwijding ondergaan: de Mercuriusinwijding. Hij ontvangt de heilige geest en de nieuwe ziel komt tot bewustzijn. Het oude slangenvuur (Draco) is verslagen. Het is het nieuwe slangenvuur dat nu circuleert door het ruggenmerg en door de twee strengen van het sympathische zenuwstelsel. Dit wordt wondermooi gesymboliseerd door de caduceus, de Mercurius- of Hermesstaf. De centrale staf symboliseert de nieuwe kracht die werkt in het ruggenmerg. De twee slangen zijn het symbool voor de twee vernieuwde sympathische strengen. De bol met de twee vleugels (de gouden snaai) symboliseert het nieuwe Mercuriusbewustzijn of Hermes (Hermione-) bewustzijn. De vleugels symboliseren het nieuwe vermogen van de geest om tot in oneindige hoogten te vliegen en natuurlijk verbeeldt Mercurius (Hermes) het contact met de berg Olympus, dat wil zeggen: de oorspronkelijke, goddelijke wereld. Met het bovenstaande wil ik zeggen dat de oude Grieken en Romeinen deze kennis bezaten en deze onderwezen in hun mysteriescholen. Zij kregen die kennis op hun beurt van de oude Egyptenaren.
Zoals wij weten kropen Harry en Ron bijna letterlijk in de huid van Korzel en Kwast, doordat zij wisseldrank innamen om in hen beiden te veranderen en zo informatie los te krijgen van Draco Malfidus over de Geheime Kamer.
In de bevrijdende alchemie is de hele persoonlijkheid, inclusief zijn stoflichaam, betrokken bij het proces van transfiguratie, van een aan slijtage onderhevig en sterfelijke mens, naar een onsterfelijke, goddelijke mens. Paulus stelde al dat ons lichaam een tempel is, waarin de heilige geest hoort te wonen. Om aan het proces van alchemie te kunnen beginnen is het stoflichaam noodzakelijk. Als het niet noodzakelijk was zouden we het niet hebben. Maar als het fundamentele proces eenmaal is begonnen, dus als Harry is geboren, kan de dood van het stoflichaam het niet meer stoppen. Tegelijk zal het duidelijk zijn dat het stoflichaam niet kan worden omgezet in iets wat goddelijk is, zoals we bespraken bij Narcissa Malfidus.
Om de discussie over de manier waarop in Harry Potter het verhaal van de alchemie wordt verteld te vervolgen: in feite is het verhaal in deel twee – over het doden van de Basilisk en het opstijgen naar het kantoor van Perkamentus – het complete verhaal van de bevrijding, maar het is maar één aspect. We kunnen het zien als een voorafschaduwing van wat er in het Harry Potter-epos in deel zeven zal gebeuren.
Dit alles staat in verband met de Poort van Saturnus. De Poort van Saturnus symboliseert de alchemist, die gaat door het laatste stadium van zijn leerlingschap. Zijn oude bewustzijn sterft en het nieuwe bewustzijn wordt geboren. Het nieuwe bewustzijn heeft volledige macht over het nieuwe slangenvuur verkregen.
Laat niemand denken dat dit een pijnlijk proces is of een weg vol lijden. Hoewel Harry Potter een nogal pijnlijke geschiedenis beschrijft, zoals ook het Nieuwe Testament doet, is er geen sprake van pijn, maar is er pure, onvervalste vreugde, als de verloren zoon terugkeert in de liefhebbende armen van zijn vader, om voor eeuwig met hem verenigd te zijn. De oude, onvolmaakte, aardse persoonlijkheid verliezen, is als het verliezen van een oude versleten jas, die zo afgedragen en stinkend is, dat het als een verademing voelt om hem voorgoed af te gooien.
De Engelse voornamen van Korzel en Kwast en hun betekenis zijn: Vincent (Crabbe): de overwinnaar; de Pingala of rechterstreng – de mannelijke streng.
Gregory (Goyle): de waakzame; De Ida of linkerstreng – de vrouwelijke streng.